De familie Gonçalves van Mangusa Supermarkets

Het hoofdartikel in de rubriek ‘De weg naar de top’ gaat over de familie die de Mangusa Supermarkets oprichtte. Curaçao Business Magazine had de eer om een gesprek te hebben met Belmira Sousa de Lira, de matriarch van de familie en de vrouw die achter de schermen werkte aan de opkomst van de Mangusa supermarkten zoals we die nu zo goed kennen. Het verhaal zou echter niet compleet zijn zonder het inzicht en de wijsheid van Francisco Lira do Estreito, Jr., het oudste kind van de familie en de man achter de uitbreiding van Mangusa Supermarkets die samen met zijn drie broers en zus, het bedrijf hebben gemaakt tot wat het nu is.
TEKST HEATHER DE PAULO

GESCHIEDENIS MAKEN
Mevrouw Sousa de Lira vertelt over het eerste begin – de vele uren hard werk, de problemen die ze tegenkwamen en hoe ze die overwonnen met een vast geloof in God.

Curaçao Business Magazine (CBM): Kunt u iets vertellen over hoe de Mangusa supermarkten begonnen?
Belmira Sousa de Lira (BSL): We komen van een plantage in Madeira en hebben altijd op het land gewerkt. In 1958 ging mijn echtgenoot Francisco Gonçalves naar Curaçao om land te kopen en werk te vinden. Ik bleef achter in Madeira met mijn oudste zoon Francisco Jr., ik had toen nog geen andere kinderen. Zes jaar later kwam mijn man terug naar Madeira en in 1966 verhuisden we met z’n drieën naar Curaçao. Toen we terugkwamen, kocht Francisco, Sr. wat land in de Seru Grandi regio dat we bewerkten. Ik gaf de planten water en hij zorgde voor het aanplanten en oogsten, en bracht de groenten naar de markt en de kruidenierswinkel. Toen Francisco Jr. negen jaar oud was, hielp hij zijn vader met het werk als hij niet naar school hoefde. In die tijd begon Francisco Sr. last te krijgen van bronchitis. Vanwege zijn slechte gezondheid werkten Francisco Jr. en ik samen met hem op het land om zijn werklast te verlichten. Toen Francisco Jr. 14 jaar oud was, zei de pater van de Nederlandse school waar hij les volgde, dat hij in aanmerking kwam om zijn opleiding met nog eens vier jaar te verlengen. Maar omdat zijn vader ziek was, werd besloten dat hij zou stoppen met school en zich zou richten op het werk in het familiebedrijf.
We openden onze eerste winkel in 1973. Het was een kleine toko vlakbij de Maria Teresa-kerk in Janwe. Mijn echtgenoot beleverde de winkel met groente en fruit van ons land en haalde de rest van wat we nodig hadden aan groente en fruit van de drijvende markt. Mijn zoon werkte dan in de winkel en ik zorgde voor het koken en het huishouden.
Na een tijdje gingen we op zoek naar een andere locatie, maar Francisco Jr. keurde veel van de plekken die we bekeken, af. Uiteindelijk vond hij wat hij zocht op de Cascoraweg en in 1977 openden we daar de Toko Mangusa. Het was een praktische plek voor ons omdat we achter de winkel woonden. We deden het goed op deze locatie, dus konden we blijven groeien, het langzaam opbouwen. In 1984 hadden we onze eerste uitbreiding en Toko Mangusa werd toen Mangusa Minimarket. Vijf jaar later, in 1989, werden we zelfs nog groter en noemden we de winkel Mangusa Supermarket.
Later ging Francisco Jr. naar een ander stuk land kijken, en deed er een bod op aan de eigenaars. Vervolgens kochten we nog vier percelen in hetzelfde gebied. Op 4 november 1996 werd Mangusa Rio Canario opgericht. De mensen spoorden ons aan nog maar groter en groter te worden! Na dit had ik het gevoel dat we niet groter konden worden!
Francisco Jr. had echter andere plannen en op 14 november 2011 opende de Mangusa Hypermarket op de Cascoraweg zijn deuren.

CBM: Hoeveel kinderen heeft u? En hoeveel daarvan werken in de winkels?
BSL: Ik heb vijf kinderen – Francisco Jr. is acht jaar ouder dan het volgende kind, Jose. Na Jose kwamen Paolo, Anita en Gilberto, allen twee jaar na elkaar. Alle kinderen bleven in de zaak werken, en er werkt ook een nicht bij ons. Ze werkten allemaal naast hun school, ze wilden allemaal werken en meehelpen. Bovendien werken twee kleinkinderen parttime in de winkels, naast hun hogeschool- opleiding en in de weekenden helpen de jongere kleinkinderen ook mee.

CBM: Alle ondernemingen ondervinden tegenslagen. Hoe ging u daar mee om?
BSL: Ik werk al sinds ik klein was, op Madeira, dus ik ben gewend aan hard werken. Terwijl we onze winkel steeds verder uitbreidden, moest ik goochelen om tegelijkertijd een huisvrouw te zijn, een moeder voor de kleine kinderen en een hulp in de zaak voor mijn man. Dat was een zware tijd. Je had toen ook nog geen wegwerpluiers, alleen katoenen luiers! Er waren dagen dat we maar één brood hadden, maar we hadden wel altijd voldoende goede groenten en papaya’s die mijn man kweekte op onze plantage in Seru Grandi. Op een gegeven moment plantte mijn man bananenbomen, maar die braken allemaal af tijdens een storm. Dat ontmoedigde hem niet, integendeel: hij koos andere dingen en plantte snijbiet, zoete aardappelen en andere groenten.
Op een dag werd mijn man erg ziek van zijn bronchitis en hij ging naar Colombia om daar een dokter te bezoeken. Van daaruit ging hij naar Madeira en ik bleef achter op Curaçao met onze kinderen. Na vijf maanden op Madeira, wilden ze hem niet meer behandelen omdat we daar geen geld meer voor hadden. Francisco Sr. vroeg ons toen om naar Madeira te komen. Ik ging met alle kinderen behalve Francisco Jr. die achterbleef om op de zaak te passen. Francisco Sr. wilde op Madeira blijven, dus ging ik terug naar Curaçao met de kinderen. Later kregen we het bericht dat hij was gestorven aan de bronchitis. Hij had altijd gezegd dat hij zou sterven op Madeira. Hij hield echt van dat land!
Wat ons er in die zware tijden doorheen sleepte, was hard werken en ons geloof – we zijn katholiek. Ik heb mijn kinderen altijd goede normen en waarden bijgebracht, en ik denk dat dat hun basis heeft gevormd. Een priester van de kerk waar ik lang geleden altijd naartoe ging, zei me eens: vergeet niet naar de kerk te gaan. Wij geloven in God, dus nemen we alles zoals het komt. We blijven doorgaan en bidden.

CBM: Wat is volgens u de sleutel tot uw succes geweest in al die jaren?
BSL: Toen we in Janwe met de minimarket begonnen, had ik nooit gedacht dat we uiteindelijk zo’n grote supermarkt zouden hebben! Wat ons geholpen heeft is dat we in de gemeenschap mensen hadden die ons kenden en vertrouwden. De bank bijvoorbeeld leende ons geld omdat ze wisten dat we het konden terugbetalen.

CBM: Wat raadt u mensen aan die ook een eigen zaak willen beginnen?
BSL: Werk hard en God zal het je later belonen.

CBM: Wilt u nog iets toevoegen?
BSL: Toen de zaak nog kleiner was, was de familie het personeel. De familie besefte dat het hard werken was om een zaak succesvol te maken. Vandaag de dag lijkt het wel alsof de mensen vergeten zijn wat het is om hard te werken voor je loon. Vroeger moesten mensen vechten om iets te bereiken. We moeten niet vergeten dat je eerst moet investeren voordat je kunt oogsten, dat geldt voor alles in het leven. Mensen moeten zichzelf helpen.

DE GESCHIEDENIS GAAT VERDE
De heer Francisco Lira do Estreito, Jr. gaf ons enkele minuten van zijn kostbare tijd om zijn kant van het verhaal te vertellen. Hij is een bescheiden man, met liefde voor zijn familie en een heel goede zakenman. Zijn succes is gebaseerd op hard werken, ervaring en zakeninstinct. Zijn woorden bieden inzicht in wat er voor nodig is om een droom te realiseren.

CBM: Uw moeder vertelde een duidelijk verhaal over hoe de Mangusa supermarkten begonnen. Hoe bent u in de zaak begonnen?
Francisco Lira do Estrito Jr. (FLDE): Toen ik acht jaar was, begon ik te werken in de kunuku en ik kreeg toen 10 gulden per week betaald door mijn vader. Later, toen ik ouder werd, verdiende ik 100 gulden per maand. Ik werk heel graag op het land, soms mis ik dat wel.

CBM: Hoe kwamen jullie op de naam Mangusa voor de winkels?
FLDE: Het adres van de eerste winkel op de Cascoraweg was Seru Mangusa nr.1, dus het was het eerste huis in dat gebied. Mijn vader vertelde een goede vriend van hem dat hij niet goed wist hoe hij de winkel zou noemen. In die tijd hadden de winkels namen van heiligen, bijvoorbeeld Maria Teresa. Die vriend zei toen dat, omdat de straat Seru Mangusa heet en het huis het eerste van het blok is, hij de winkel maar Toko Mangusa moest noemen. Dat sloeg aan en werd steeds bekender. Het wordt trouwens uitgesproken als man-goe-SAH. We zijn best blij met dat idee van die vriend, we vinden het een goede naam omdat het krioyo naam is – het is echt iets van het eiland en de cultuur van Curaçao.

CBM: Wat is in al die jaren uw motivatie geweest om te blijven uitbreiden?
FLDE: De klanten bleven maar zeggen dat de winkel te klein was, dat we hem groter moesten maken, dus bleven we uitbreiden. Uiteindelijk hebben we ook een grote familie, hopi boka pa kome (een boel monden te voeden). Het belangrijkste doel was dat iedereen in de familie een baan had om voor zijn of haar kinderen te kunnen zorgen en dat hun toekomst verzekerd was.

CBM: Wat was de reden dat u de Mangusa Hypermarket opende?
FLDE: Onze klanten zeggen altijd dat we groter moeten worden, en ze klaagden dat de eerste Mangusa Supermarket te klein was. Als we die twee keer zo groot zouden maken, zouden ze dat nog te klein vinden, dus besloten we om de hypermarkt zo groot te maken dat we daarmee voorlopig nog een jaar of 10, 20 vooruit kunnen. Nu hoor ik van mensen dat Rio Canario te klein is, maar we kunnen daar niet verder uitbreiden.

CBM: Hoe lang duurde het voordat u winst draaide in elke winkel? Hoe bent u die eerste jaren doorgekomen?
FLDE: Bij elke onderneming kost dat tijd; je hebt tijd nodig om je schulden af te betalen. Toen we eerst begonnen, op de Cascoraweg, kochten we alles lokaal van tussenpersonen op Curaçao. De winst was zo laag dat de accountant me aanraadde, minder op voorraad te houden, alleen wat je in één maand nodig had. Na een zeer zwaar eerste jaar, besloot ik mijn eigen spullen te importeren om de winstmarge te verbeteren, en dat hielp uitstekend voor het verbeteren van de winst. Als gevolg van de goede reputatie die Mangusa had voor het op tijd betalen van zijn rekeningen, konden we de financiële steun krijgen die we nodig hadden. Dankzij onze goede reputatie kwamen al vrij snel anderen naar ons toe om ons aanbiedingen te doen. Dat heeft me erg geholpen om de zaak op een ander niveau te brengen. Onze goede relatie met Maduro en Curiel’s Bank hebben ons geholpen bij het openen van de Rio Canario winkel. Die Rio Canario winkel is nu 18 jaar oud en was onze beste investering in de geschiedenis van de zaak. Ik wil niet beweren dat die beter is dan die in onze hypermarket omdat we die nog wat meer tijd moeten geven.

CBM: Hoe heeft u de problemen overwonnen in de loop der tijd?
FLDE: Toen mijn vader stierf hadden we een heel moeilijke tijd; het was zwaar, heel zwaar voor mij. Onze moeder steunde ons en moedigde ons aan, te blijven vechten voor onze doelen. De normen en waarden die ze ons heeft bijgebracht – blijven doorgaan en wat je ook doet, doe daar je best in – hebben bijgedragen tot ons succes. Ze leerde ons dat met hard werken en toewijding, je alle problemen kunt overwinnen. Het leven is niet altijd makkelijk, je zult altijd ups en downs hebben. Maar als je je blijft richten op je einddoel, dan kun je alles bereiken. Als je succesvol wilt zijn, moet je heel veel tijd aan je zaak besteden. Sommige mensen denken dat als ze winst maken, ze die helemaal in hun zak kunnen steken, maar je moet constant innovatief blijven en investeren in je zaak.

CBM: De Mangusa winkels begonnen als een kleine toko, en zijn nu enorm groot met de Hypermarket. Wat is volgens u het grootste verandering in managementstijl met de groei van de onderneming?
FLDE: Wanneer een zaak groter wordt, moet je andere mensen vertrouwen die geen familie van je zijn; je moet goede managers inhuren die je kunt vertrouwen en die in staat zijn, controle te houden over wat er gebeurt. Maar vergeet niet: je moet er toch bij blijven. Je kunt niet de gehele verantwoordelijkheid voor het runnen van de zaak aan anderen overlaten, je moet zelf toch alles in de gaten houden. Sommige mensen laten de zaak over aan toezichthouders. Er is een Spaans gezegde: el ojo del amo, engorda el caballo, letterlijk vertaald: “het oog van de meester maakt het paard vet.” Ofwel: als de werknemers zien dat de eigenaar alles in de gaten houdt, maakt dat verschil. Je moet aanwezig zijn.

CBM: Hoe vindt u de balans tussen werk en privé?
FLDE: Succes in zaken is wanneer je vrouw en je gezin begrijpen hoe het werkt. Als je gezin daar begrip voor heeft, kun je succes hebben. Ik heb het geluk dat de familie van mijn vrouw de eigenaar was van Toko Portugal, dus weet ze dat het hard werken is. Als je een vrouw hebt die dat niet begrijpt, wordt het veel moeilijker. De supermarkt business is één van de zwaarste beroepen ter wereld. Je moet hard werken, je moet al je tijd aan de zaak besteden. En je hebt natuurlijk ook tijd nodig voor je gezin. De supermarkt business lijkt wel op een soort slavernij. Soms zegt mijn vrouw dat ik maar op kantoor moet blijven slapen! Je moet leuk vinden wat je doet, en een goed gezin hebben dat begrijpt dat je er heel veel voor moet doen.

CBM: Had u een mentor?
FLDE: Mijn vader en moeder hebben me goed geleerd hoe je zaken moet doen. Maar ik moet zeggen dat mijn zakelijk instinct me heeft gebracht waar ik nu ben. Ik begon jong in deze handel, toen ik 15 was, en ik heb een heleboel in de praktijk geleerd. Ik maak fouten en ik leer van mijn fouten. Je moet altijd eerlijk tegen jezelf zijn, als je eerlijk bent tegenover jezelf en je doet de dingen goed, dan komt alles goed.

CBM: Welk advies zou u aan een startende ondernemer willen geven?
FLDE: Op de allereerste plaats: de sleutel tot je succes is dat je bereid moet zijn, hard te werken en jezelf geheel op je zaak te richten. Daarnaast heb ik een theorie gebaseerd op 4 pijlers: 1) Je moet een goede locatie hebben 2) Je moet een goede verscheidenheid en assortiment aan producten hebben 3) Je moet goede prijzen hanteren 4) Je moet goede service verlenen. Dat zijn mijn sleutels die leiden tot zakelijk succes.

CBM: Wilt u nog iets toevoegen?
FLDE: Mijn advies aan startende ondernemers is dat je veel tijd moet wijden aan je zaak en hard moet werken, je moet dus passie hebben voor wat je doet. Veel mensen denken dat als je een zaak begint, alles gemakkelijk gaat en dat je meteen winst maakt. Maar je moet lang werken voordat je winst maakt. Zakelijk succes komt door hard werken, toewijding en de bereidheid om lange uren te maken, je moet niet verwachten dat je altijd om 6 uur thuis bent. Klantentevredenheid is ook heel belangrijk. Je wil zeker weten dat de klanten tevreden zijn en terug blijven komen: je wil klantenloyaliteit bereiken. Je moet naar alle klachten luisteren, van die klachten kun je leren wat je moet veranderen in je manier van zakendoen om die te verbeteren.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *